UTRECHT / DEN BOSCH – De Commissie voor de Milieu Effect Rapportage (MER) heeft kritische kanttekeningen geplaatst bij de maatlat Brabantse Zorgvuldige Veehouderij (BZV) die de provincie Brabant wil gaan invoeren. Volgens de commissie worden in de maatlat weliswaar thema’s als volksgezondheid, dierenwelzijn, natuur en milieu genoemd, maar is nog niet duidelijk welke toetsingscriteria hierbij opgenomen worden. Ook is niet helder welke doelen de provincie precies denkt te bereiken met de maatlat.
De provincie Brabant is van plan om de intensieve veehouderij weer ontwikkelruimte te geven, mits individuele bedrijven voldoen aan wat de provincie noemt ‘de maatlat Brabantse Zorgvuldige Veehouderij (BZV)’. Het is de bedoeling om deze maatlat dit najaar op te nemen in de ‘Herziening Structuurvisie Ruimtelijke Ordening’. Om het effect van de maatregel te toetsen, kreeg de Commissie voor de Milieu Effect Rapportage (MER) het verzoek hierover een advies uit te brengen.
Doel ontbreekt
Uit het adviesrapport blijkt dat de commissie op diverse punten kritische kanttekeningen plaatst bij de voorgestelde beleidsplannen. Volgens gedeputeerde Yves de Boer (VVD) moet de BZV-maatlat hèt instrument worden van de provincie, waarmee de intensieve veehouderij in de gewenste richting kan worden gestuurd. De MER-commissie stelt dat de maatlat onvoldoende is uitgewerkt en geen of nauwelijks concrete doelen bevat. ‘Hoe concreter de doelen zijn geformuleerd, hoe beter te toetsen is of de inzet van de maatlat afdoende is om deze doelen te bereiken.’
Verder merkt de MER-commissie op dat ten aanzien van belangrijke thema’s als volksgezondheid, dierenwelzijn, natuur en milieu, niet duidelijk is welke criteria de provincie hierbij gaat hanteren. Volgens het voorstel van de provincie gaat per criterium een minimumniveau gelden (waaraan veehouderijen altijd moeten voldoen) en dat bedrijven daarbovenop extra inspanningen kunnen doen die extra ontwikkelruimte opleveren.
Niet duidelijk
De MER-commissie zegt daarover: ‘Hoewel dit principe duidelijk is, wordt uit de Notitie Reikwijdte & Detailniveau niet duidelijk hoe dit systeem concreet zal gaan werken. De BZV-maatlat combineert scores op verschillende criteria tot één eindoordeel. Daarmee is het in principe mogelijk om ontwikkelruimte te verdienen door selectief extra inspanningen te doen.’ Deze aanpak biedt volgens de commissie ruimte voor uitruil van relevante thema’s. ‘Als de BZV-maatlat breder wordt opgezet kunnen mogelijk milieuthema’s tegen andere thema’s worden ingewisseld.’
Ook is volgens het advies van de MER-commissie niet duidelijke of de provincie gaat sturen op specifieke thema’s door bijvoorbeeld extra prikkels in te bouwen afhankelijk van de lokale milieusituatie. Kunnen veebedrijven straks extra ontwikkelruimte verdienen door zich specifiek te richten op bepaalde thema’s? Evenmin is duidelijk op welke wijze de effecten van de BZV-maatlat worden teruggekoppeld, zodat getoetst kan worden of de beoogde doelen (welke?) zijn bereikt.
Aanscherping nodig
Tot slot heeft de provincie ook nog geen helder uitgewerkt voorstel welke maatregelen (sancties) er binnen of buiten de maatlat genomen kunnen worden tegen bedrijven die zich niet aan de afspraken houden. De Commissie heeft om die reden een reeks adviezen aan de provincie gegeven om de BZV-maatlat aan te scherpen, zodat duidelijk wordt:
- welke thema’s in de BZV worden opgenomen;
- met welke beleidsambities en doelen;
- welke minimumniveaus per thema maatschappelijk en ecologisch noodzakelijk en gewenst zijn;
- hoe de meer score op thema’s geaggregeerd wordt tot de BZV-eindscore;
- welke verdeelsleutel de relatie BZV score en ontwikkelingsruimte bepaalt;
- hoe handhaving van de BZV kan worden geregeld;
- op welke wijze terugkoppeling naar het beoogde doelbereik zal plaatsvinden.
De MER-commissie vraagt zich verder af op welke wijze de maatlat in de Verordening Ruimte gekoppeld kan worden als rechtstreekse, verbindende voorwaarde voor ontwikkelruimte voor de intensieve veehouderij in Brabant. Ook op dit punt blijft de provincie in gebreke. De commissie adviseert daarom om ‘reeds in een vroeg stadium te onderzoeken of het binnen het kader van de Verordening Ruimte mogelijk is om ruimtelijke en niet-ruimtelijke onderdelen tegen elkaar uit te wisselen’.
Standpunt Peelgroepen
De gezamenlijke bewoners- en milieugroepen uit de Peelregio hebben enkele maanden geleden al tijdens een uitgebreid gesprek met ambtenaren van de provincie vastgesteld en uitgesproken dat de BZV-maatlat onvoldoende garanties biedt om tot een omslag binnen de intensieve veehouderij te komen om de problemen in de overbelaste Peelregio concreet aan te pakken.
Volkomen eens met standpunt Peelgroepen. De provincie laat zich keer op keer in de luren leggen door de veefabrikanten, maar toont zelf, kleine uitzonderingen zoals PvdD, geen enkele daadkracht. De provincie dient ZELF regels te stellen in plaats van als een domme koe achter de samenzwering van het Verbond van Den Bosch aan te sloffen.
Laat je niks wijs maken over die z. g. maatlat en zeker niet door die Yves de Boer. Het enige wat die “maatlat ” is, is een nieuwe fopneus. Fopneuzen kennen we al langer….. Bestand: stankcirkel; geurnorm; “gezins”bedrijf; lucht”wasser”; varkens die “energie” leveren; stallen waar meer energie uit komt als er in gaat (hahaha); varkens die speelgoed krijgen, maar ik denk alleen met Sinterklaas en zo kunnen we nog uuuren door gaan. Kortom: die “maatlat” is gewoon een middel om nog weer gedierte in de Peelregio binnen te loodsen en de Brabander verder te vergiftigen