Rode potlood: vergelijking verkiezingsprogramma’s 18 maart

overbelastgebied_11_maart_125DE PEEL / DEN BOSCH – Woensdag 18 maart worden er verkiezingen gehouden voor het Brabantse parlement ofwel Provinciale Staten en de waterschappen. Voor de meeste burgers staan provincie en waterschapsbestuur ver weg van het dagelijkse leven. Laat staan dat mensen een beeld hebben waar de partijen die daar zetelen precies voor staan. In dit artikel een overzicht van de standpunten van de partijen die deelnemen aan de verkiezingen op 18 maart. De standpunten zijn ingedeeld aan de hand van een aantal thema’s en onderwerpen. Hier en daar zijn kanttekeningen toegevoegd om het standpunt of formulering van een partij nader te duiden. Pak je rode potlood op 18 maart: meer heb je niet nodig!

Kies een onderwerp: minder beesten / omvang veestapel | mestoverschot / mestfabrieken | volksgezondheid / dierziekten | overbelaste gebieden / leefomgeving | luchtkwaliteit & stankoverlast | bodem- en waterkwaliteit / herstel kringlopen | transitie veehouderij? | dierenwelzijn / megastallen | natuur / landschap | Waterschapsverkiezingen Aa en Maas

overbelastgebied_11_maart_rodepotlood

minder beesten / omvang veestapel
pvda De PvdA vindt dat er steviger ingegrepen zou moeten worden bij de toename van de intensieve veehouderij in Oost-Brabant. ‘Wij hebben ons niet alleen ingezet voor minder dieren in de urgentiegebieden, maar ook voor investeringen om de negatieve effecten (voor de volksgezondheid) van de intensieve veehouderij te verminderen.’
groenlinks Het is hoog tijd om de veestapel in Noord-Brabant te verkleinen, totdat er een balans is bereikt met grondgebonden bedrijfsvoering. Geen dieren erbij! GroenLinks vindt dat de politiek zijn verantwoordelijkheid moet nemen en problemen niet mag afschuiven naar burgers. GroenLinks vindt daarom dat er een (bindend) referendum moet komen over de toekomst van de intensieve veehouderij in Brabant.
pvdd De PvdD vindt dat het provinciaal beleid gericht moet zijn op beperking van het aantal dieren. De partij wil daarom een stop op uitbreidingen en vestigingen voor de vee-industrie, met name in de Peel en het Land van Cuijk.
sp De provincie moet zo snel mogelijk alle mogelijke maatregelen nemen die uiteindelijk bijdragen aan het sterk verminderen van de veestapel (en het mestoverschot) in Brabant. Waar de provincie dat niet zelf kan, moet zij alles in het werk blijven stellen om de landelijke en Europese overheden ertoe te bewegen om daarbij te helpen.
Naschrift: In tegenstelling tot het verkiezingsprogramma zegt gedeputeerde Johan van den Hout (SP) op 11 maart in het ED dat ‘verkleinen van de veestapel in zijn ogen een gevolg moet zijn van het gevoerde beleid, niet het begin van een oplossing.”
d66 Toename van het aantal dieren in Brabant is volgens D66 pas mogelijk als de overlast die dieren veroorzaken is opgelost. D66 sluit groei van de veestapel dus niet uit. Verder is deze partij voorstander van grootschalige niet-grondgebonden bedrijven op agrarische bedrijventerreinen ‘waar ze geen overlast veroorzaken’. Waar mogelijk onnodige regelgeving uit de weg nemen.
cda Het CDA mijdt in het verkiezingsprogramma het woord ‘veestapel’. Deze partij wil dat Brabant uitgroeit tot dé toonaangevende wereldspeler op het gebied van efficiënte voedselvoorziening in een stedelijke omgeving. Verder wil het CDA gemeenten meer ruimte geven om zelf wijzigingen af te handelen rond het invullen van bouwblokken onder 1,5 ha via een verkorte procedure (dus buiten de provincie om).
vvd Ook in het verkiezingsprogramma van de VVD wordt het woord ‘veestapel’ nergens gebruikt. De VVD stelt geen maximum aan de mestproductie en dus ook niet aan de omvang van de veestapel. Verder ziet de VVD primair een rol voor een gesprek tussen belanghebbenden en daarna pas ‘mogelijk een rol voor de overheid’.
pvv De inzet van de provincie moet er niet op gericht zijn om alles te verpakken in regels, maar te zorgen voor de aanpak van overlast en de handhaving daar waar dat nodig blijkt. Ondernemers zo min mogelijk hinderen door ambtelijke regeltjes.
50+ Geen standpunt bekend gemaakt.
cu/sgp Het bestaande beleid van maximale bedrijfsomvang en afspraken over duurzaamheid in de veehouderij blijven gehandhaafd.
Terug naar boven

 

overbelastgebied_11_maart_125

mestoverschot / mestfabrieken
pvda Opmerkelijk is dat in het verkiezingsprogramma van PvdA Brabant geen standpunt wordt ingenomen over mestfabrieken, terwijl tijdens een landelijk congres op 21 januari 2015 een motie is aangenomen, waarin de PvdA zich heeft uitgesproken tegen grootschalige mestfabrieken in het buitengebied. De PvdA stelt vast dat vermesting en bestrijdingsmiddelen geleid hebben tot een slechte kwaliteit van bodem en grondwater in grote delen van Brabant. ‘Op plekken waar dit het geval is, moeten bodem en grondwater de tijd krijgen om te herstellen voordat er weer agrarische activiteiten plaatsvinden.’ De provincie moet kaders en voorwaarden scheppen.
groenlinks Mestfabrieken en mestbewerking zijn geen oplossing, maar een extra risico (lozingen restwater met resistente bacteriën en medicijnresten). GroenLinks te tegen grootschalige mestverwerking, verbranding of vergisting van mest of biomassa. Mestoverschot oplossen door inkrimpen van de veestapel tot een een balans is bereikt met grondgebonden bedrijfsvoering.
pvdd Brabant kent als gevolg van het immense aantal dieren een gigantisch mestoverschot dat zorgt voor een bijna onbeheersbare uitstoot van ammoniak en broeikasgassen en voor grote schade aan natuur en milieu. De Partij voor de Dieren wil dat de mestproblemen bij de bron worden aangepakt. Dat betekent dat het aantal dieren, en dus de productie van mest, moet worden ingeperkt. Mestvergisting heeft enorm nadelige gevolgen voor mensen, dieren, milieu en het landschap. De PvdD wil geen nieuwe installaties voor mestvergisting en –verwerking en bestaande installaties goed controleren op risico’s voor mensen, dieren en milieu en de mestproductie afstemmen op wat verantwoord op omliggende landbouwgronden kan worden gebruikt.
sp De SP vindt (naast verkleinen van de veestapel) dat het mestoverschot moet worden weggewerkt door de best beschikbare, innovatieve, veilige technieken mogelijk te maken mits deze plaatsvinden onder strenge voorwaarden en de volksgezondheid, milieu en leefomgeving beschermen. Mestvergisting wordt niet uitgesloten op ‘logische locaties die geen overlast of gevaar opleveren in samenspraak met de bewoners van een gebied. De SP wil verder een limiet aan te verwerken mest: die mag alleen in Brabant zijn geproduceerd. Mestvergisting mag geen motief worden voor uitbreiding en opschaling van de intensieve veehouderij.
d66 D66 vindt dat de provincie mestverwerking ruimtelijk mogelijk moet maken, omdat de rijksoverheid de boeren oplegt om hun mest te verwerken. Volgens D66 levert het inzetten van reststromen een bijdrage aan het sluiten van de kringlopen. De partij gaat echter voorbij aan de grootschalige import van grondstoffen als soja en dat mestfabrieken deze verstoorde balans niet herstellen. D66 ziet mestverwering wel als een ‘industriële activiteit’ die alleen op (agrarische) bedrijventerreinen kan plaatsvinden. Daarnaast wil D66 scheiding van dikke en dunne fractie op boerderijen toestaan, zodat het mesttransport kan afnemen.
cda Het CDA vindt dat er momenteel nog te weinig locaties zijn voor mestverwerking. De provincie moet (!) volgens het CDA samen met gemeenten locaties benoemen waar mestverwerking mogelijk is. Biogas in samenhang met mestverwerking kan een belangrijke bijdrage leveren aan deze verduurzaming, aldus het CDA. Het feit dat onrendabele vergisters vooral draaien dankzij subsidies en eerder energie kosten dan opleveren, laat het CDA onvermeld.
vvd De VVD gelooft heilig in ‘duurzame en innovatieve mestverwerking’ en wil daarom geen maximum stellen aan de hoeveelheid geproduceerde mest (dus ook geen rem op de veestapel). Volgens de VVD heeft ‘Brabant straks de beste mestverwerking van Europa’.
pvv De PVV wil kleinschalige mestverwerking toestaan op eigen erf en grootschalig op industrieterreinen, maar is tegen subsidie op mestvergisters. Verder wil de PVV geen bemoeienis met de bedrijfsvoering. Export van meststoffen moet mogelijk zijn. De inzet van de provincie moet er niet op gericht zijn om alles te verpakken in regels, maar te zorgen voor de aanpak van overlast en de handhaving daar waar dat nodig blijkt.
50+ Geen standpunt bekend gemaakt.
cu/sgp Geen standpunt bekend gemaakt.
Terug naar boven

overbelastgebied_11_maart_125

volksgezondheid / dierziekten
pvda De intensieve veehouderij geeft nog altijd te veel overlast en risico’s voor de volksgezondheid, aldus de PvdA. Nieuwe uitbraken van dierziektes, zoals de Q-koorts, moeten worden voorkomen. Daarom moet de veestapel in overbelaste gebieden nu echt worden teruggedrongen. Gezondheid moet volgens de PvdA een harde norm zijn in de Brabantse Zorgvuldigheidsscore Veehouderij, waardoor uitbreidingen alleen nog mogelijk zijn als alles is gedaan om de volksgezondheid veilig te stellen. Dit moet worden getoetst door gezondheidsexperts.
groenlinks De enorme veestapel in Brabant is zó groot, dat die een bedreiging vormt voor de volksgezondheid en het woon-, leef- en werkklimaat in Brabant. Als de risico’s voor de gezondheid van mens en dier (zoals Q-koorts en andere infectieziekten) groot blijven, is een versnelde inkrimping van de veestapel onvermijdelijk.
pvdd Hoge concentraties fijnstof vormen een gevaar voor de volksgezondheid. De PvdD vindt dat de problemen rond lucht (maar ook water en bodem) bij de bron aangepakt moeten worden. Normen moeten veel strakker worden gehanteerd, inclusief het voorzorgsbeginsel en normen van de Wereldgezondheidsorganisatie. Verder vindt de PvdD dat in de provinciale structuurvisie een visie dient te staan op een duurzame wereld, waaronder het beschermen van de volksgezondheid.
sp De provincie moet het voortouw nemen bij het bewaken van de volksgezondheid. De SP wil daarom volksgezondheid als zwaarwegend criterium opnemen bij uitbreidingen van veehouderijen en daarbij zowel het voorzorgbeginsel als het criterium ‘stapeling van vee-gerelateerde activiteiten in een gebied’ hanteren. Dat is nog een reden om naar minder dieren toe te werken: hoe meer vee dicht bij elkaar, hoe groter de kans op nieuwe zoönosen (op de mens overdraagbare dierziektes). De provincie moet de mogelijkheid hebben om in specifieke gevallen een GezondheidsEffectRapportage (GER) op te laten stellen (cumulatief effect). Bij twijfel niet uitbreiden van een veebedrijf, ook als er nog geen sluitend bewijs voor een verband tussen gezondheidsrisico’s en veehouderij is maar wel sterke aanwijzingen (voorzorgsbeginsel). De minimum afstand tussen veehouderij en bewoning moet in afwachting van nader onderzoek worden gesteld op 250 meter. GGD en Provinciale Raad voor de Volksgezondheid moeten een adviserende rol hebben op het gebied van volksgezondheid.
d66 Voor D66 staat het beschermen van de volksgezondheid op de eerste plaats. Bestuurders moeten de mogelijkheid krijgen om gezondheidsrisico’s van bedrijven in besluitvormingmee te nemen. Heldere kaders op het gebied van milieu en volksgezondheid zijn daarbij het uitgangspunt van D66, ‘daarbinnen moet vrijheid voor ondernemen bestaan’. D66 vertrouwt op de eigen kracht van ondernemers: zij weten het best in welke richting de sector moet gaan. Nieuwe stallen moeten bovendien voldoen aan hoge eisen op het gebied van volksgezondheid, dierenwelzijn en milieu en moeten inpassing in de omgeving realiseren.
cda ‘Sommige Brabanders zijn minder trots op de agrariërs in onze provincie’, meldt het CDA met gevoel voor understatement. ‘Onze landbouw levert namelijk op verschillende locaties ook een aantasting van de leefbaarheid in onze mooie provincie. Dat betreft de vraagstukken rondom volksgezondheid, maar ook de vraag of de schaal nog past bij de structuur van het buitengebied en bij familiebedrijven?’. Het CDA wil dat vastgelegde doelstellingen en normen worden gerespecteerd en dat ‘evaluaties op ambities, haalbaarheid en in te zetten instrumenten periodiek nodig zullen zijn.’ Deze ruime formulering kan ook betekenen dat ambities onder druk van de dagelijkse praktijk (lobby) door het CDA naar beneden worden bijgesteld.
vvd Bij het houden van dieren is het belangrijk dat ziektes bij mensen en dieren worden voorkomen. De VVD gaat niet specifiek in op het aspect volksgezondheid en veehouderij, maar verwijst naar de ‘Brabantse zorgvuldigheidsscore’ (BZV). Die score laat volgens de VVD zien of het verstandig is dat een veehouderij uitbreidt. Volgens de VVD kunnen inwoners en ondernemers vaak prima zelf beslissen over maatschappelijke dilemma’s en gewenste nieuwe maatschappelijke initiatieven.
pvv Voor de PVV is het van belang dat er een veehouderijsector in Brabant is met meer oog voor de omgeving: volksgezondheid, dierenwelzijn en leefbaarheid moeten zijn geborgd. Maatwerk moet mogelijk zijn.
50+ In verband met de gezondheidsrisico’s en daaraan aanverwante ziektes bijde intensieve veehouderij moet het beleid zodanig zijn dat het aantal dierenwordt verminderd en daardoor de veeconcentraties kleiner worden.
cu/sgp Ofschoon er behoefte is aan economische groei, mag dit niet ten koste gaan van het milieu. De kunst is om steeds de juiste balans te vinden tussen het beschermen van het kwetsbare milieu, de gezondheid van mens en dier, en het bevorderen van de economie. Consumenten hoeven geen genoegen te nemen met oneerlijk en niet-duurzaam gemaakte goederen.
Terug naar boven

overbelastgebied_11_maart_125

overbelaste gebieden / leefomgeving
pvda Inwoners in gebieden die overbelast zijn door de veehouderij dienen de ondersteuning te krijgen die nodig is om een gelijkwaardige dialoog te voeren met gemeenten en boeren. Nieuwe uitbraken van dierziektes, zoals de Q-koorts, moeten worden voorkomen. Daarom moet de veestapel in overbelaste gebieden daadwerkelijk worden teruggedrongen. Geen uitbreiding en waar mogelijk saneren.
groenlinks Bewoners verdienen vanuit de regionale overheid de maximale steun om zich teweer te stellen tegen ondernemers met vooral economische belangen. Natuur-, leefbaarheids- en gezondheidsbelangen zijn in de omgevingsdialoog, watGroenLinks betreft, even belangrijk als economische belangen.
pvdd In de praktijk sturen provincies – net als de landelijke overheid – aan op een verdere schaalvergroting in de veehouderij als antwoord op alle problemen. De Partij voor de Dieren wil dat de provincie een milieubeleid voert, waarbij de beschermingvan bodem, lucht en water zwaarder weegt dan de economische belangen op de korte termijn. De milieuregelgeving moet strenger worden gehandhaafd. De emissie van schadelijke stoffen moet verder afnemen en subsidies die milieuvervuiling stimuleren moeten zo snel mogelijk worden afgeschaft.
sp Niet alleen het aantal veedieren moet minder, maar ook de concentratie van dieren en vee-gerelateerde overlastgevende activiteiten in regio’s als de Peel en de Kempen moet actief worden teruggedrongen.
d66 De provincie moet ruimte geven aan innovaties door te sturen op doelen en effecten zoals de kwaliteit van de leefomgeving, niet op het voorschrijven van technieken. Indien nodig creëren we hiervoor experimenteerruimte. Een gezamenlijke inspanning is nodig, vooral in kwetsbare gebieden zodat verontreiniging (bemesting, chemisch- en drugsafval) snel en effectief wordt voorkomen of verwijderd.
cda In het verkiezingsprogramma van het CDA komt het woord ‘urgentiegebied’ of ‘overbelast gebied’ niet voor. Wel wordt gesteld dat ‘onze landbouw’ (het woord ‘veeteelt’ wordt eveneens vermeden) op verschillende locaties ook een aantasting van de leefbaarheid levert. Dat betreft vraagstukken rondom volksgezondheid, maar ook de vraag of de schaal nog past bij de structuur van het buitengebied. ‘Het CDA gelooft dat een nieuwe eeuw van landbouw is aangebroken, een eeuw waar verduurzaming, intensivering en ruimte voor ondernemerschap hand in hand moeten gaan.’
vvd De komende jaren blijven we gebruikmaken van ‘urgentieteams’. Deze teams gaan aan de slag in gebieden waar de kwaliteit van de leefomgeving onder de maat is. De beleving van Brabanders is daarbij van groot belang. Een urgentieteam bestaat uit deskundigen van onder andere de GGD, ZLTO, gemeenten en de omgevingsdienst. Het urgentieteam helpt de gemeente een verbeterplan op te stellen en uit te voeren.
pvv In het verkiezingsprogramma van de PVV komt het woord ‘urgentiegebied’ of ‘overbelast gebied’ niet voor.
50+ In het verkiezingsprogramma van 50Plus komt het woord ‘urgentiegebied’ of ‘overbelast gebied’ niet voor.
cu/sgp In het verkiezingsprogramma van CU/SGP komt het woord ‘urgentiegebied’ of ‘overbelast gebied’ niet voor.
Terug naar boven

 

overbelastgebied_11_maart_125

luchtkwaliteit / stankoverlast
pvda De intensieve veehouderij geeft nog altijd te veel overlast en risico’s voor de volksgezondheid. De PvdA geeft verder geen concreet standpunt of toelichting over het verbeteren van de luchtkwaliteit of terugdringen van de stankoverlast.
groenlinks De burgers in Brabant, dus niet alleen direct omwonenden van intensieve veehouderijen, verdienen de steun van het regionale bestuur. Stank, ziekteverwekkers, water- en luchtvervuiling vanuit agrarische ondernemingen komt als eerste bij hen terecht. We hebben in Brabant de belangen van burgers (leefbaarheid, volksgezondheid) en het milieu te lang genegeerd. Veel regelgeving schiet bovendien ernstig tekort en is vooral gericht op het ter wille zijn van de agrarische sector.
pvdd In de lucht vormen met name de hoge concentraties fijnstof een gevaar voor de volksgezondheid. Door de problemen aan te pakken bij de basis krijgen we schone lucht en schoon water voor iedereen.
sp De mensen in de omgeving weten heel goed wat er aan de hand is met de varkensstallen, bedrijventerreinen en transportbewegingen, de vervuilde lucht, de geluidsoverlast en de aantasting van landschap en natuur. Bijna altijd is er sprake van (belangen) tegenstellingen. De provincie steunt lokale initiatieven om de luchtkwaliteit te monitoren en in verband te brengen met lokaal gezondheidsbeleid. Betere afstemming met België over luchtkwaliteit in de grensstreek.
d66 ‘D66 wil intensieve handhaving van wetten die bodem, water en lucht schoonhouden.’ Meer dan deze ene zin besteedt D66 niet aan het verbeteren van de milieukwaliteit die op veel plaatsen in Brabant ver onder de norm zit. D66 heeft daarentegen hoge verwachtingen van de Brabantse Zorgvuldigheidscore Veehouderij (BZV) die volgens D66 voorziet in het voorkomen van meer overlast voor burgers in het buitengebied.
cda Uit het verkiezingsprogramma van het CDA: ‘Onze gezondheid en de kwaliteit van de natuur om ons heen wordt voor een belangrijk deel bepaald door de kwaliteit van lucht, water en bodem. De vastgelegde doelstellingen en normen worden gerespecteerd. Evaluaties op ambities, haalbaarheid en in te zetten instrumenten zullen periodiek nodig zijn.’ Opmerkelijk: het CDA spreekt van ‘respecteren’ en niet van ‘handhaven’ en wil daarnaast een evaluatie ‘op ambities en haalbaarheid’…
vvd We willen schone lucht. Niet de omvang van het agrarische bedrijf, maar de uitstoot is uiteindelijk maatgevend, aldus de VVD. Agrarische ondernemers verbeteren de luchtkwaliteit door goede luchtwassers te plaatsen die de uitstoot van gevaarlijke stoffen verminderen.
pvv Geen standpunt bekend gemaakt.
50+ Tot het duurzaam milieubeleid behoort het handhaven van normen voor geluidsoverlast, gezonde lucht, veilig natuur- , bodem- en waterbeheer.
cu/sgp In de ogen van CU/SGP staan het provinciale milieu-, energie- en klimaatbeleid (net als het landbouw- en landschapsbeleid) in het teken van het goed omgaan met de schepping. De aarde moet ook voor de volgende generaties leefbaar zijn. Daarbij gaat het onder andere om het tegengaan van bodem- en luchtverontreiniging (en het terugdringen van geluids- en lichthinder).
Terug naar boven

 

overbelastgebied_11_maart_125

bodem- en waterkwaliteit / herstel kringlopen
pvda In grote delen van Brabant zijn vermesting en bestrijdingsmiddelen een probleem, stelt de PvdA. De kwaliteit van de bodem en het grondwater zijn op veel plaatsen in Brabant slecht. Op plekken waar dit het geval is, moeten bodem en grondwater de tijd krijgen om te herstellen, voordat er weer agrarische activiteiten plaatsvinden.
groenlinks Handhaving verscherpen. Water is de basis van ons bestaan. Waterkwaliteit en -kwantiteit hebben de allerhoogste prioriteit en gaan alle Brabanders aan. GroenLinks wil dat de provincie de regie oppakt waar het gaat om gebruik, vervuiling, verzuring en verdroging. Een schone bodem met voldoende organische stof is letterlijk de basis voor een vitale natuur en een gezonde voedselvoorziening. Het buffert voedingsstoffen, verbetert de bodemstructuur en helpt tegen droogte en wateroverlast. GroenLinks wil dat het gehalte organisch stof in de bodem van Brabant verbeterd.
pvdd Door de hoge nutriëntenbelasting verstikken sloten en wateren vaak door blauwalg of kroos. De PvdD wil dat de provincie zo snel mogelijk de doelstellingen van de Kaderrichtlijn Water realiseert. De provincie zorgt ervoor dat bij het aanpakken van verdroging de natuurdoelstellingen het waterbeheer bepalen. Bij het bepalen van normen voor de kwaliteit van bodem, water, geluid en lucht gaat de provincie in haar milieubeleid uit van het voorzorgsbeginsel. Verder wijst de PvdD er op dat de productie van vlees zeer inefficiënt: is voor één kilo biefstuk is 25 kilo voer en 15.000 liter water nodig.
sp Water is de bron van alle leven en gebrek aan schoon drinkwater wordt in de toekomst naar verwachting wereldprobleem nummer een. De SP vindt dat er meer aandacht moet uitgaan naar bescherming van (en soms tegen) water. Betere afstemming met België over het beheer van grensoverschrijdende waterlopen en waterlozingen en betere handhaving op illegale wateronttrekkingen. De provincie moet onderzoek laten doen naar de bodemgesteldheid in Brabant en maatregelen nemen om de bedreigingen weg te nemen en de bodemkwaliteit teverbeteren.
d66 De provincie moet haar rol pakken bij het verbeteren van de kwaliteit van het oppervlaktewater. Kleinschalige mogelijkheden zijn de aanleg van teeltvrije zones en bufferstroken (bijvoorbeeld in combinatie met natuurontwikkeling of bijenlinten). Structurele innovatie in de landbouw is nodig om tot een gesloten systeem zonder emissies te komen. Ons drinkwater wordt bedreigd door tal van verontreinigingen. Een gezamenlijke inspanning is nodig, vooral in kwetsbare gebieden zodat verontreiniging (bemesting, chemisch- en drugsafval) snel en effectief wordt voorkomen of verwijderd.
cda [Citaat] ‘Om voedsel te kunnen blijven produceren is het noodzakelijk om de gronden vruchtbaar te houden. Hier heeft het CDA Brabant zorgen over. Effectief gebruik van meststoffen, mestverwerking en het gebruik van structuurverbeteraars kunnen een wezenlijke bijdrage leveren het vruchtbaar houden van de grond.’ [einde citaat]Commentaar: het CDA legt hier het accent op ‘snelle mineralen’ die relatief snel wegspoelen en het gebruik van (grote) hoeveelheden van deze mineralen, om te voorkomen dat het mestoverschot niet nog verder oploopt. De vraag is of dit een duurzame, gezonde, vruchtbare bodem oplevert? In de huidige Meststoffenwet is bijvoorbeeld nog steeds geen sprake van evenwichtsbemesting; tot circa 20% spoelt ongebruikt weg naar het grondwater.
vvd Schoon water is een voorwaarde voor een gezond leven. Vervuiling van grond- en oppervlaktewater moet voorkomen worden. Dat pakt de provincie aan door illegale lozingen in de natuur en op het riool aan te pakken en toe te zien op de handhaving van de wettelijke taken door waterschappen.
pvv Permanente aandacht voor risico’s voor het drinkwater en de diepere ondergrond. Op veiligheid en handhaving wordt niet bezuinigd.
50+ Tot het duurzaam milieubeleid behoort het handhaven van normen voor geluidsoverlast, gezonde lucht, veilig natuur- , bodem- en waterbeheer.
cu/sgp Het is noodzakelijk om over voldoende zoetwater te beschikken voor landbouw en natuur. Over de kwaliteit van het water geeft CU/SGP geen nader standpunt. De discussie over het voortbestaan van provincies en waterschappen is wat ons betreft niet nodig. De provincie heeft de ruimtelijke regie en laat de waterbeheertaken over aan de waterschappen.
Terug naar boven

 

overbelastgebied_11_maart_125

dierenwelzijn / megastallen
pvda De PvdA vindt het welzijn van dieren belangrijk. Daarom willen we een provinciale visie op dierenwelzijn. Groot wild is een onderdeel van de natuur, dus van onze provincie. Het moet dan ook de ruimte krijgen in een aantal natuurgebieden.
groenlinks GroenLinks is en blijft tegen megastallen. Die vormen het trieste symbool van een failliet landbouwsysteem. GroenLinks wil verder een stop op nertsenfabrieken en geitenstallen en verdere verstening van het landelijk gebied tegen gaan. WatGroenLinks betreft zetten we in op dierenwelzijn en kwaliteitsproducten. Handhaving verscherpen.
pvdd Er komen geen nieuwe megastallen bij, bestaande moeten op termijn verdwijnen. De provincie richt haar beleid op een afname van het aantal dieren. Er komt een gedeputeerde Dierenwelzijn, Natuur en Milieu. Deze gedeputeerde formuleert en implementeert een integraal en vooruitstrevend natuur-, milieu- en dierenwelzijnsbeleid. Hier wordt het gehele beleid van de provincie aan getoetst. Koeien wordt ten minste weidegang geboden en ook voor de andere landbouwhuisdieren bevordert de provincie uitloop.
sp Een voordeel van minder dieren is volgens de SP dat er meer ruimte is voor de overgebleven dieren, zowel binnen als buiten de stal. Op die manier kunnen varkens, pluimvee en rundvee veel beter hun natuurlijke gedrag vertonen en gaat hun welzijn er op vooruit. Voor rundvee geldt dat zij idealiter in de wei lopen, met de keuze voor beschutting. De samenleving vraagt daarom en het is beter voor de dieren. De huidige neiging is om grotere stallen te bouwen en meer vee te houden. Dat kan en wil Brabant ecologisch en maatschappelijk niet dragen.
d66 Nieuwe stallen moeten volgens D66 voldoen aan hoge eisen op het gebied vanvolksgezondheid, dierenwelzijn en milieu en moeten inpassing in de omgeving realiseren. Toename van het aantal dieren in Brabant is pas mogelijk als de overlast die dieren veroorzaken is opgelost. D66 sluit groei van de veestapel en intensieve veehouderij niet uit. Zie standpunt bij: veestapel.
cda Volgens het CDA zijn we in Brabant met de agrarische sector in een patstelling terechtgekomen. ‘Verbetering van een milieusituatie en dierenwelzijn nopen tot investeringen die bedrijfseconomisch niet haalbaar zijn zonder opschaling’, schrijft het CDA.’ De partij gelooft dat een nieuwe eeuw van landbouw is aangebroken, een eeuw waar verduurzaming, intensivering en ruimte voor ondernemerschap hand in hand moeten gaan.
vvd Geen standpunt bekend gemaakt.
pvv Het ideale uitgangspunt zijn volgens de PVV niet megastallen, maar familie- en gezinsbedrijven. De partij wil dierenmishandeling streng aanpakken.
50+ Bij economische ontwikkeling er op toezien dat dierenwelzijn niet wordt geschaad.
cu/sgp Een veehouder die oog heeft voor dierenwelzijn en voor minder uitstoot, maakt ook economisch gezien verstandiger keuzes. Ook als het gaat om (..) bodem en water (Europese Kaderrichtlijn Water) zorgt een focus op duurzaamheid in onze ogen voor toekomstbestendiger keuzes.
Terug naar boven

 

overbelastgebied_11_maart_125

transitie veehouderij / biologische landbouw
pvda Er zou volgens de PvdA steviger ingegrepen (moeten) worden bij de toename van de intensieve veehouderij in Oost-Brabant. ‘Wij hebben ons niet alleen ingezet voor minder dieren in de urgentiegebieden, maar ook voor investeringen om de negatieve effecten (voor de volksgezondheid) van de intensieve veehouderij te verminderen. De PvdA kiest ervoor om geld in te zetten voor onder andere een gezonde leefomgeving door sanering van de overlast door de veehouderij.
groenlinks GroenLinks wil een echte transitie van de veehouderij door geen ruimte te geven aan nog meer vee in Brabant. Als op nationaal niveau de dierenproductierechten verdwijnen, voert Brabant wat ons betreft een systeem van dierenproductierechten in. De partij wil verder kringlopen en grondgebonden bedrijven stimuleren en uitbreiding van biologische landbouw, productie van streekproducten en verbreding van de landbouw bevorderen.
pvdd De PvdD wil naar een natuurlijke, biologische landbouw, kleinschaligheid stimuleren en een einde aan alle directe en indirecte subsidies voor de vee-industrie. De Partij voor de Dieren wil een landbouw met wisselteelt, evenwichtsbemesting en bloeiende akkerranden. Koeien wordt ten minste weidegang geboden en ook voor de andere landbouwhuisdieren bevordert de provincie uitloop. De provincie stimuleert het aanplanten van bomen en de bouw van schuilstallen in weilanden ter beschutting van de dieren. Allerlei verborgen kosten, zoals milieuschade, dierruimingen, verhoogde gezondheidsrisico’s en de teruggang van biodiversiteit, dienen doorberekend te worden in de prijs van dierlijke producten.
sp De SP wil grondgebonden veehouderijen stimuleren en niet-grondgebonden, grootschalige industriële veehouderijen sterk ontmoedigen. Daarvoor in de plaats wil de SP de productie en consumptie van streekeigen producten bevorderen en zowel ‘gemengde bedrijven’ als ‘biologische bedrijven’ ondersteunen en alternatieven ontwikkelen voor grootschalige agrarische industrie. Verder wil de SP ecologische voedselcollectieven van boeren en burgers ondersteunen en supermarkten stimuleren om verantwoordelijkheid te nemen. En er moet actief worden gewerkt, samen met alle maatschappelijke partners in Brabant en daarbuiten, aan de echte oplossing voor teveel mest: kringlooplandbouw en minder veedieren.De SP koestert hoge verwachtingen ten aanzien van de Brabantse Zorgvuldigheidsscore Veehouderij (BZV). Die leidt volgens de SP tot ‘kringlooplandbouw op regionale schaal en grondgebonden veehouderij’. De SP is minder zeker over de bijdrage van de ‘biobased economy’: ‘Het is onduidelijk hoe deze beïnvloeding uitpakt voor bijvoorbeeld de bodem in Brabant en elders. De footprint van het Brabantse biomassaprogramma moet bepaald worden en als dat tot ongunstige effecten aanleiding blijkt te geven, moet het programma herzien worden of moeten de nadelen worden ondervangen.’
d66 D66 kiest voor een tweesporenbeleid: ‘Een deel van de veehouderij kiest voor vooruitstrevende bedrijfsconcepten die uit gaan van een sterke inbedding in de omgeving. Een ander deel kiest voor innovatieve, niet-grondgebonden productie.’ De laatste categorie wordt in gewoon Nederlands ‘intensieve veehouderij’ genoemd. Volgens D66 zoeken beide groepen bedrijven naar betere verdienmodellen voor ‘duurzame voedselproductie’, maar worden ze hierbij ‘vaak onnodig gehinderd door regelgeving’. D66 wil grootschalige melkveehouderij en niet-grondgebonden veeteelt alleen ruimte geven op locaties waar deze geen overlast veroorzaken, zoals agrarische bedrijventerreinen. Hier kunnen nieuwe concepten zich optimaal ontwikkelen zoals volledig gesloten bedrijfssystemen en benutten van stromen tussen plantaardige en dierlijke productie. Deze formule wordt onder meer toegepast bij het NGB in Grubbenvorst (1,2 miljoen kippen, 35.000 varkens, een slachterij en een mestfabriek). Tot slot wil D66 ondernemers met hele hoge score BZV extra ondersteunen.
cda Het gemeenschappelijk programma van agrofood, high tech en de provincie heeft het doel dat Brabant uitgroeit tot dé toonaangevende wereldspeler op het gebied van efficiënte voedselvoorziening in een stedelijke omgeving. Verder vindt het CDA dat extra administratieve eisen voor vergunningen inzake de Natuurbeschermingswet geschrapt kunnen worden. De Brabantse Zorgvuldigheidsscore Veehouderij wordt door het CDA beschouwd als ‘een tijdelijk instrument om nieuwe wegen te bewandelen’. Bouwblokwijzigingen onder 1,5 ha krijgen kortere behandelingsperiode en worden door gemeenten afgehandeld. Het CDA blijft dus kiezen voor het voortzetten van de intensieve veehouderij in een dichtbevolkt gebied die gericht is op bulkproductie voor de export / wereldmarkt.
vvd Agrarische ondernemers ontwikkelen zich steeds meer tot nieuwe ‘gemengde bedrijven’. De Brabantse VVD vindt het belangrijk dat de provincie deze ontwikkeling steunt. Bijvoorbeeld door mee te denken en ruimte te geven in regelgeving, zeker als de betreffende ondernemer op weg is naar ‘een duurzaam bedrijf’ en de investeringskosten terug moet verdienen. Niet de omvang van een agrarische bedrijf is maatgevend volgens de VVD, maar de uitstoot. De Brabantse bodem moet schoon zijn; Brabant heeft straks de beste mestverwerking van Europa. De VVD wil ook doorgaan met de ‘urgentieteams’ en de ‘Brabantse zorgvuldigheidsscore’ (BZV).
pvv Voor de PVV is het van belang dat er een veehouderijsector in Brabant is met meer oog voor de omgeving: volksgezondheid, dierenwelzijn en leefbaarheid moeten zijn geborgd. Maatwerk moet mogelijk zijn. De inzet van de Provincie moet er niet op gericht zijn om alles te verpakken in regels, maar te zorgen voor de aanpak van overlast en de handhaving daar waar dat nodig blijkt.
50+ In verband met de gezondheidsrisico’s en daaraan aanverwante ziektes bij de intensieve veehouderij moet het beleid zodanig zijn dat het aantal dieren verminderd en daardoor de concentraties kleiner worden.
cu/sgp De provincie biedt ruimte voor innovatieve en duurzame ontwikkelingen van het agrarisch bedrijf. Productie van streekeigen producten dient te worden gestimuleerd en verkoop aan de boerderij dient naar onze mening planologisch mogelijk te worden gemaakt. Duurzaamheid en circulair denken zijn belangrijke waarden in het beleid dat wij voorstaan.
Terug naar boven

overbelastgebied_11_maart_125

natuur / landschap
pvda De PvdA vindt dat de Ecologische Hoofdstructuur zo snel mogelijk moet worden gerealiseerd en dat de Natura 2000-gebieden en de budgetten voor natuurontwikkeling op peil dienen te blijven. Verder wil de PvdA een actief klimaatbeleid. Natuur- en landbouwbeleid dienen elkaar te versterken, zodat de omgeving gezond en aantrekkelijk is voor bewoners en recreanten. De PvdA wil verder investeren in waterkwaliteit en een aantal leefgebieden voor wilde zwijnen en ander groot wild vaststellen met minimale overlast en verkeersonveiligheid door groot wild.
groenlinks GroenLinks wil dat de beheerplannen voor de Natura 2000-gebieden uitgevoerd worden en dat de provincie erop toe ziet dat er geen aantastingen van deze gebieden meer plaatsvinden. Daarom is het noodzakelijk dat de stikstofdeposities dalen. De EHS wil GroenLinks vasthouden aan de oorspronkelijke taakstelling van de provincie. De partij ziet mogelijkheden om de EHS eerder te realiseren dan pas in 2028. Vermesting, verdroging, stikstofuitstoot en slechte waterkwaliteit worden volgens EU-richtlijnen aangepakt.
pvdd Bij beheer en herstel van natuurkwaliteit wil de Partij voor de Dieren dat de provincie inzet op bronbeleid: de oorzaken van schade aan de natuur moeten zoveel mogelijk worden weggenomen. Daarom moet de provincie stoppen met het verlenen van Natuurbeschermingswetvergunningen aan veehouderijen, totdat alle Natura2000-gebieden in Noord-Brabant zijn aangewezen en er beheerplannen voor zijn vastgesteld. Natuur is geen luxe, maar het fundament van ons bestaan.
sp De groene kwaliteiten van Brabant zijn niet alleen belangrijk voor flora en fauna, maar ook voor onze inwoners. Groen is een belangrijke vestigingsfactor voor buitenlandse bedrijven. De natuur is in Brabant de grootste bezoekerstrekker en meest gebruikte vrijetijdsinvulling. De SP vindt dat de provincie vooral een beschermende rol moet spelen, zeker als het gaat om de natuur, landbouw en bedrijventerreinen. In 2016 wordt landelijk het natuurbeleid geëvalueerd. Als daaruit blijkt dat het huidige investeringsniveau onvoldoende is om de natuurdoelstellingen te halen, zal dit ook in Brabant tot bijstellingen moeten leiden. De SP wil meer aandacht en maatregelen om verdroging van de natuur tegen te gaan.
d66 Natuur heeft volgens D66 ook een economische waarde. D66 vindt dat natuur, cultuur, mobiliteit en de economie elkaar kunnen versterken. Zo wil D66 serieus kijken naar windmolens in bosrijke gebieden en de inkomsten gebruiken voor natuurbeheer. Verder stelt D66 dat het nog niet is gelukt de achteruitgang van de natuur te stoppen. Daarom wil deze partij het Nationaal Natuurnetwerk vóór 2028 voltooien en bufferzones rondom natuurgebieden waar de landbouw zich moet aanpassen aan de natuur. D66 wil echter ook ruimte voor boeren en particulieren die aan natuurbeheer werken.
cda Een mooi landschap en een mooie natuur zijn voor Brabanders vanzelfsprekend, aldus het CDA. Deze partij wil de natuur meer toegankelijk maken voor recreanten door het aanleggen van extra fietspaden en particulieren en agrariers een plek geven in het natuurbeheer. ‘Hierdoor wordt de Brabantse bevolking zelf meer eigenaar / verantwoordelijk voor onze natuur’, meent het CDA. De ecologische hoofdstructuur wordt bij het CDA ‘kwalitatief hoogwaardig ingevuld’, maar de belangen van de agrarische sector worden niet uit het oog verloren. Zo moetde Natuurbeschermingswet volgens het CDA opgaan in omgevingsvergunning en dienen achterstanden in de verlening van natuurbeschermingswetvergunningen voor intensieve veehouderij binnen vier jaar weggewerkt te zijn.
vvd Agrarische ondernemers zijn van groot belang voor Brabant, stelt de VVD. De afwisselende natuur van Brabant komt samen in een natuurnetwerk. Dit is een aaneengesloten natuurgebied als onderdeel van de Ecologische Hoofdstructuur. Het is belangrijk om dat netwerk de komende jaren te realiseren en te onderhouden. Binnen de bestaande budgetten wordt bekeken of er naast de Landschappen van Allure (Groene Woud, Maashorst en Brabantse Wal) ook andere, kleinere natuurprojecten ontwikkeld kunnen worden. De VVD betrekt ook graag ondernemers in het buitengebied bij nieuwe natuurontwikkelingsprojecten. Particuliere landgoederen zijn belangrijk voor het natuurnetwerk.
pvv ‘Belangen van ondernemers gaan vóór belangen van natuur- en milieuclubs’, aldus de PVV. De partij ziet veel meerwaarde in een belangrijke rol voor de agrariër in natuurbeheer. De regels daarvoor dienen vereenvoudigd te worden. Een wei met koeien of een akker met graan past in het geheel van beekdalen, vennen, bossen en heidegebieden. Van het introduceren van ‘nieuwe’ soorten, zoals edelherten, lynxen en wisenten, moet geen sprake zijn. De PVV is verder tegen een provinciale EHS (Ecologische Hoofdstructuur), maar wil goed behoud en beheer van bestaande natuurgebieden en ruimte voor recreanten in de natuur.
50+ De provincie dient een bredere visie op natuurcompensatie te ontwikkelen, vindt 50Plus. Nu wordt er bij natuurcompensatie vaak alleen gedacht aan het vervangen van gekapte bomen. Er kunnen bijvoorbeeld soms beter bomen door heide en vennen worden vervangen waarmee het oorspronkelijke landschap weer teruggebracht wordt. Verder wil deze partij de inzet van natuurgelden voor boeren continueren.
cu/sgp De CU/SGP wil samen met waterschappen en natuurorganisaties het Brabants natuurnetwerk voor 2025 voltooien. De provincie heeft volgens deze partij de rol van regisseur als het gaat om het behoud en herstel van het landschap. Aantasting van de EHS dient kwantitatief gecompenseerd te worden. De ChristenUnie-SGP wil een provinciaal beleid dat nevenactiviteiten van agrariërs stimuleert. Bij de uitvoering van Natura 2000 dringt zich het spanningsveld op tussen natuurbelangen enerzijds en sociaaleconomische belangen anderzijds. Bij de beheerplannen dient ‘bestaand gebruik’ zorgvuldig te worden vastgelegd om economische dynamiek in de toekomst te behouden. De totstandkoming van de Programmatische Aanpak Stikstof (PAS) is cruciaal voor draagvlak en realisatie van de Natura 2000 opgave. Draagvlak, haalbaarheid en betaalbaarheid van de maatregelen, samen met goede communicatie zullen voorop moeten staan.
Terug naar boven

overbelastgebied_11_maart_125

Waterschapsverkiezingen Aa en Maas
In Zuidoost-Brabant kunnen burgers een stem uitbrengen op de samenstelling van het toekomstig bestuur van Waterschap Aa en Maas. Dit bestuur bestaat uit 30 zetels, verdeeld over 3 categorieën: ‘ingezetenen’, ‘gebouwd’ en ‘natuurterreinen en bedrijven’. Inwoners mogen stemmen voor de categorie ‘ingezetenen’. Deze categorie heeft 23 zetels. De overige 7 zetels zijn zogenaamde ‘geborgde zetels’.  De leden daarvoor  worden niet gekozen maar benoemd door:  ZLTO (3 zetels), Kamer van Koophandel (3 zetels) en Bosschap (1 zetel). Achtergrondinformatie: Kwaliteit oppervlaktewater Peelregio ontoereikend tot slecht

Waterschapsverkiezingen Aa en Maas
pvda De PvdA stelt dat de waterkwaliteit in Brabant nog steeds onvoldoende is. De Europese kwaliteitsnormen worden niet gehaald en door bezuinigingen worden verbeterprogramma’s in tijd vooruitgeschoven. De visie op het gebied van de veehouderij en waterkwaliteit blijft bij de  PvdA beperkt tot ‘afspraken die ertoe leiden dat al het vlees in 2020 duurzaam is’. Deze zinsnede is rechtstreeks afkomstig uit het omstreden rapport van de Commissie Van Doorn.
Water Natuurlijk De overbemesting van kwetsbare wateren wordt door financiële en ruimtelijke maatregelen teruggedrongen, zoals door de aanleg van teeltvrije zones en bufferstroken. Water Natuurlijk zet flink in op innovatie bij bedrijfsvoering in de landbouw, zodat bijvoorbeeld de veehouderij uiteindelijk een gesloten systeem kan worden, zonder emissies. Water Natuurlijk is opgericht door Natuurmonumenten, de provinciale milieufederaties en Sportvisserij Nederland en vindt brede steun bij organisaties die vergelijkbare doelen nastreven.
Algemene Waterschapspartij De Algemene Waterschapspartij ziet kansen voor de verwerking van mest in de nieuwe energiefabrieken van waterschappen en ook voor bijvoorbeeld groenafval of afval dat bij voedselproductie vrij komt. Vreemd, kennelijk is het nog niet tot deze partij doorgedrongen dat uit dunne mest van dieren nauwelijks tot geen energie valt te winnen.
cda Vreemd, het doornemen van het verkiezingsprogramma op de trefwoorden ‘waterkwaliteit, veehouderij of mest’ levert nul hits op… Vreemd, want de veehouderij drukt al decennia een zwaar stempel op de waterkwaliteit in Brabant. Het woord ‘duurzaam’ of ‘duurzame’ komt maar liefst 19 keer voor in het waterschapsprogramma van het CDA. Opmerkelijk is de aandacht voor medicijnresten in het afvalwater dat door de vergrijzing een steeds groter probleem gaat vormen bij waterzuivering. Hiervoor is aanpak bij de bron nodig, stelt het CDA terecht:
“Achteraf verwijderen van medicijnresten wordt onbetaalbaar. Door aantrekkelijke inleverprogramma’s met onder andere apothekers en zorginstellingen te maken wordt bewustwording bij medicijngebruikers gestimuleerd. Samenwerking met zorginstellingen moet leiden tot minder lozing van medicijnresten in het afvalwater. Voorkomen is beter dan genezen! Belonen werkt beter dan straffen!”
Over het het mestoverschot met daarin grote hoeveelheden mineralen, antibiotica en resistente bacteriën zegt het CDA helemaal niets in het waterschapsprogramma.
vvd Bescherming tegen te veel of te weinig water en verbetering van de waterkwaliteit is een verantwoordelijkheid van alle betrokkenen, vindt de VVD. De Brabantse liberalen vinden verder dat burgers en bedrijven op hun verantwoordelijkheid moeten worden aangesproken. Volgens de VVD is de kwaliteit van het water in Brabant de afgelopen jaren al flink verbeterd. [rapporten tonen aan dat de waterkwaliteit in veedichte gebieden nog steeds ‘slecht’ is]. Verder hoeft het water in de Brabantse rivieren en sloten van de VVD ook niet van drinkwaterkwaliteit te zijn. [vreemde gedachte van de VVD: voor organismen die 100% van water afhankelijk zijn, gelden vaak strengere waternormen]. Evenals het CDA en 50Plus heeft de VVD geen standpunt over het mestoverschot en invloed op de waterkwaliteit.
50+ Om de waterkwaliteit op peil te houden kan het Waterschap maatregelen nemen om verdere afname van de kwaliteit te voorkomen. Dit kan betekenen dat er nadere regels van kracht worden die o.a. gewasbescherming, onkruidbestrijding, besproeien van gewassen en vuilwaterafvoer inperken. Evenals het CDA en VVD heeft de 50plus geen standpunt over het mestoverschot en invloed op de waterkwaliteit.
Terug naar boven

overbelastgebied_11_maart_rodepotlood

Dit bericht is geplaatst in Dierenwelzijn, Dierziekten, Leefbaarheid, Luchtkwaliteit, Mestfabrieken, Mestoverschot, Milieu, Minder beesten, Mineralenoverschot, Overbelast gebied, Politiek, Provincie Brabant, Varkenshouderij, Veehouderij, Veestapel, Volksgezondheid, Voorzorgsbeginsel, Waterkwaliteit. Bookmark de permalink.

2 reacties op Rode potlood: vergelijking verkiezingsprogramma’s 18 maart

  1. neusdicht schreef:

    Zeer bedankt voor deze uitvoerige uiteenzetting. Bij sommige delen zet ik een vraagteken, zoals bij windmolens in BOSrijke gebieden! Zeer goed dat u hier ook de standpunten van waterschap toont, want die zijn niet of nauwelijks bekend.

  2. Jan Jochems schreef:

    Als voormalig varkenshouder en boerenzoon, woon ik nu nog naast mijn voormalige vleesvarkenshouderij. De boeren die na de oorlog massaal geprotesteerd hebben tegen de Europese landbouwpolitiek (lees: schaalvergroting) hadden gelijk!!! Destijds was minister Sicco Mansholt (en boer) een van de architecten van de huidige “moderne” schaalvergroting van de landbouwbedrijven. Als snel nadat dit in gang gezet was heeft Mansholt de uitspraak gedaan dat de intensieve veehouderij” een fout was in de plannen. We zullen naar balans en evenwicht toe moeten werken.

    Mijn bedrijf heb ik meer dan twintig jaar geleden verkocht. Helaas heb ik de brief die ik naar het ministerie van Landbouw gestuurd had met de vraag of ze mij uit konden kopen niet bewaard. Overigens heb ik geen enkele reactie daarop gehad. Mijn oude bedrijf is versleten, verouderd en de scheuren zitten in de muren. Volgens uitspraken van de huidige eigenaar (de vierde op rij) zijn de putten lek.

    Toch houdt de gemeente hem de hand boven het hoofd en wil uitbreiding van 1500 naar 3000 varkens toestaan. De oude stallen zullen daarbij niet vervangen worden en slechts deels op luchtwassers aangesloten worden. 100% van de omwonenden heeft mijn petitie getekend om het bedrijf volledig op luchtwassers aan te laten sluiten.

    Inmiddels ligt mijn verzoek bij de rechtbank om de huidige OBM (Omgevingsvergunning Beperkte Milieutoets, red.) in te laten trekken. Daarna zal het bedrijf aan de “moderne” eisen en voorwaarden moeten voldoen om te kunnen blijven voortbestaan. Saneren lijkt mij de enige echte oplossing hier. Niet alleen hier maar ook in heel Noord-Brabant. Zodat mensen die terugkomen van vakantie niet hoeven te zeggen:”We zijn weer thuis, het stinkt hier”.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.