Q-koortsrapport

DEN HAAG – Minister Schippers van Volksgezondheid erkent dat de overheid tekort is geschoten bij de aanpak van de Q-koorts. Dat staat in een brief die de minister op 26 november 2010 naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. Eerder concludeerde een onderzoekscommissie dat de overheid sneller had moet ingrijpen, in het belang van de Volksgezondheid. Hoe de minister de aanpak wil verbeteren, daarover wil ze nog niet veel kwijt.

Evaluatiecommissie Q-koorts
De Evaluatiecommissie Q-koorts vindt het cruciaal, dat deskundigen erg lang de vraag centraal bleven stellen of afdoende ‘bewezen’ was dat geitenbedrijven de bron van besmetting waren. Volgens de Commissie had men op het moment van uitbraak direct de meest waarschijnlijke verklaring moeten volgen. De Voedsel en Waren Autoriteit (VWA) werd al in 2007 door de GGD en Gezondheidsdienst voor Dieren (GD) naar geitenbedrijven gestuurd waar een geitenabortusstorm woedde.

Tracering besmetting
De evaluatiecommissie constateert, dat de VWA dacht dat besmetting bij mensen alleen door direct contact met dieren kon ontstaan, vanuit de veronderstelling dat Q-koorts bij mensen vooral een beroepsziekte is. Precieze tracering van de besmetting had niet alleen meer zekerheid over geiten als bron kunnen bieden, maar ook inzicht kunnen verschaffen, dat de ziekte niet alleen door direct contact met dieren op mensen kan worden overgebracht.

Pas in augustus 2009 meldde het Rijksinstituut voor  Volksgezondheid en Milieu (RIVM) dat mensen, die dicht bij een besmet geitenbedrijf wonen, een aanzienlijk verhoogd risico op Q-koorts liepen.  De evaluatiecommissie realiseert zich, dat er in 2009 meer informatie beschikbaar was, maar heeft sterk de indruk dat deze relatie – in Duitsland al eerder gelegd – ook in Nederland eerder had kunnen worden gelegd. Ingrijpen lijkt mede uitgebleven door ‘wetenschappelijke’ onzekerheid die steeds boven de markt hing.

Besluitvorming in hoogste versnelling
De evaluatiecommissie vraagt zich af waarom de besluitvorming in 2009 plotseling in de hoogste versnelling gaat. “Door het groeiende aantal patiënten nam de frustratie in de regio toe. De GGD Hart van Brabant en een ziekenhuis in ’s-Hertogenbosch trokken nog harder aan de bel en haalden lokale en regionale overheden steviger bij de problemen. Ook kreeg de Commissaris van de Koningin, zonder formele rol bij bestrijding van infectieziekten, voor elkaar dat de ministers Klink (Volksgezondheid) en Verburg (Landbouw) naar de gemeente Landerd (Noordoost-Brabant) kwamen.

Door groeiende media-aandacht, zoals een zeer kritische Zembla-uitzending op 6 december 2009, veranderde de besluitvorming van wetenschappelijk zoeken in politiek gestuurde actie. Men koos voor de meest extreme aanpak: ruimen van drachtige geiten en schapen. De aanpak van de Q-koorts, aanvankelijk zoekend en traag, kwam zo in een tempoversnelling. Toen de dijk was gebroken greep men onmiddellijk naar de meest drastische maatregelen”, zo constateert de Evaluatiecommissie.

Transparantie vermoedelijke bron
Volgens de Evaluatiecommissie is transparantie over de vermoedelijke bron, juist bij een uitbraak waar de bevolking, meer dan de dieren getroffen wordt door een infectieziekte zoals Q-koorts, in ieders belang. “Ook de gegevensuitwisseling en de gerichtheid op spoedig ingrijpen om verdere verspreiding van ziekteverwekkers te voorkomen, horen bij een professionele bedrijfsvoering van sector, diensten en de betrokken ministeries.”

Doden door Q-koorts
Het aantal doden door Q-koorts is gestegen tot 15. Dat blijkt uit een overzicht van het RIVM. Acht van de vijftien sterfgevallen zijn van dit jaar. Alle patiënten hadden ook andere kwalen. De ziekte, die drie jaar geleden vooral rond geiten- en schapenhouderijden uitbrak, neemt nu af. Bij 4000 mensen is Q-koorts vastgesteld, de meesten hebben er nauwelijks last van gehad.

Q-koorts bij andere dieren
11 FEBRUARI 2011 – Het Centraal Veterinair Instituut in Wageningen gaat een onderzoek instellen naar Q-koorts bij andere diersoorten dan geiten. De studie moet duidelijk maken of die beesten ook de bacterie dragen, waarvan mensen ziek kunnen worden. Bij het onderzoek worden placenta’s onder de loep genomen van honden, katten, paarden, vleesschapen en melkkoeien. De Q-koortsbacterie kan vrijkomen bij abortussen of bevallingen van geiten.

  • Omroep Brabant: Onderzoek q-koorts bij andere dieren
  • Zie ook: Q-koortsrapport

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.